De Turbulente Levensloop vanuit de eikel zelf gezien.
10.000 – 8000 j.v. Chr: Na een lange reis ontkiem ik me voor het eerst in het bos bij Toterfout.
83: Feestende mensen rondom mijn stam: ze denken dat er een God in mij huist. Een jongen breekt een van mijn takken en er worden schedels in gehangen.
230: Onder mijn kruin wordt recht gesproken en ik zie hoe weer een mensenoffer naar de Meeren gedragen wordt.
235: Naast mij wordt een broer geveld voor een waterput op Sittert. Ze laten mij gelukkig staan.
674: Ik word behangen met koortsdoekjes en de in mijn stam geboorde gaatjes worden gevuld met nagelvijlsel.
709: Wederom wordt een dikke broer rigoureus omgehakt terwijl er mensen huilend op de achtergrond staan toe te kijken.
775: We lopen nu echt gevaar met zijn allen en worden tevens minder bezocht.
814: Daar gaat ook mijn stam… maar een meisje redt een van mijn takken, snijdt er wat moois van en zet het resultaat in een boom langs de Gender. Gelukkig lig ik weer te
ontkiemen.
1264: Mijn tak wordt uit de boom gehaald en krijgt een jurkje aan. Tot drie maal word hij in de boom teruggezet. Later word ik ommuurd en weer als vanouds aanbeden.
1648: Opnieuw een slachtpartij. Met grof geweld word ik door twee mannen doormidden gekapt doch een van mijn eikels weet zich weer snel te ontkiemen.
1803: Ik ben nu weer groot genoeg om mijn oude stam te vervangen in de kapel en word wederom behangen met ex voto’s.
1952: En nogmaals word ik vervangen.
2060: Het wordt me hier te droog en te warm onder mijn wortels.
Ik kap er nu
zelf mee.